Herroepingsbeding

Artikel 2,11° KB van 12 januari 2007 bepaalt dat de bemiddelingsovereenkomst steeds een herroepingsbeding (ook wel verzakingsbeding genaamd) moet bevatten waarbij de consument het recht heeft om zonder kosten binnen de zeven werkdagen van de overeenkomst af te zien. 

Wat de herroeping van de bemiddelingsopdracht betreft, moet er een onderscheid gemaakt worden tussen een opdracht gesloten binnen de verkoopruimte van de vastgoedmakelaar en de opdracht gesloten buiten zijn verkoopruimte.

Enkel wanneer het een opdracht betreft gesloten binnen de verkoopruimte, geldt de bepaling van art. 2,11° van het KB van 12 januari 2007.

De bemiddelingsopdracht moet een verzakingsbeding bevatten waarbij de consument het recht heeft om zonder kosten binnen de zeven werkdagen van de bemiddelingsovereenkomst af te zien. De vastgoedmakelaar zal wel degelijk recht hebben op vergoeding in geval van verwezelijking van de bemiddelingsovereenkomst binnen de zeven werkdagen en vóór dat de consument van zijn verzakingsrecht gebruik heeft gemaakt. Daarvoor is het noodzakelijk dat de consument voorafgaandelijk en uitdrukkelijk heeft toegestemd in het feit dat de vastgoedmakelaar tijdens de herroepingstermijn zijn opdracht kon starten en uitvoeren.

Voor bemiddelingsopdrachten gesloten buiten de verkoopruimte van de vastgoedmakelaar is het zo dat de consument over een termijn van veertien dagen beschikt om zonder opgave van redenen de overeenkomst te herroepen. In geval van herroeping, moet hij kosten betalen aan de makelaar.

De consument kan het herroepingsrecht niet meer uitoefenen indien de vastgoedmakelaar de bemiddelingsovereenkomst volledig heeft uitgevoerd en mits de vastgoedmakelaar kan aantonen dat: 

  • De consument uitdrukkelijk heeft erkend dat hij zijn herroepingsrecht verliest zodra de vastgoedmakelaar de overeenkomst volledig heeft uitgevoerd,
  • De consument voorafgaand uitdrukkelijk zijn toestemming heeft gegeven aan de vastgoedmakelaar om alvast te starten met de uitvoering van de bemiddelingsovereenkomst.  

Indien de consument zijn herroepingsrecht uitoefent nadat hij de uitdrukkelijke toestemming heeft gegeven aan de makelaar om alvast te starten met de uitvoering van de bemiddelingsovereenkomst dan moet hij aan de vastgoedmakelaar zijn “redelijke kosten” vergoeden. Onder deze “redelijke kosten” wordt begrepen een bedrag dat evenredig is aan hetgeen reeds is geleverd op het moment dat de consument de makelaar ervan in kennis heeft gesteld dat hij zijn herroepingsrecht uitoefent, vergeleken met de volledige uitoefening van de overeenkomst (art. VI. 71 §3 WER).  

Het is opmerkelijk dat het KB van 12 januari 2007 strenger is voor de situatie waarbij de bemiddelingsovereenkomst is gesloten binnen de verkoopruimte van de makelaar. Dit was ongetwijfeld niet de bedoeling van de wetgever die in de eerste plaats de consument wou beschermen in het geval de overeenkomst werd gesloten buiten de onderneming van de vastgoedmakelaar. 

Gezien een KB in wezen geen strengere bepalingen kan bevatten dan de wet waarop het is gebaseerd is dit mogelijks een onwettige ongelijkheid.